Geplaatst in boekrecensie op .

Dit lijkt wel Privé of Story in boekvorm: Jos Brink verdient een betere biografie

Jos Brink is onmiskenbaar een van de iconen in de Nederlandse televisiegeschiedenis, over wie een prachtig boek te schrijven valt. Maar zijn biografie mist distantie en plaatst de schrijver te vaak op de voorgrond.

Patrick van den Hanenberg

Het Parool 2 oktober 2021

Op 2 oktober 1951 wordt op ongeveer 500 televisietoestellen de eerste televisie-uitzending in Nederland bekeken. In beeld verschijnt de wapperende vlag van de Nederlandse Televisie Stichting, gevolgd door omroepster Jeanne Roos, die de kijkers welkom heet op deze bijzondere avond. KRO-voorzitter (en theoloog) Kors prijst de technologische vooruitgang, maar waarschuwt het publiek ook voor de “persoonlijke passiviteit en grauwe vervlakking” dat het nieuwe communicatiemiddel teweeg kan brengen. Op deze historische dag kan de kijker genieten van een documentaire over het klokkengieten in Heiligerlee en na een korte pauze om het decor om te bouwen (Jeanne Roos: “U kunt nu even een kopje thee maken.”) volgt het televisiespel De toverspiegel. De eerste storing wordt door de presentatrice handig opgevangen met: “Wij komen pas kijken, maar tenslotte komt u ook pas kijken.”

Zeventig jaar na de eerste televisie-uitzending is een biografie verschenen van Jos Brink, geschreven door Tom van den Oetelaar, presentator bij Omroep Brabant. De ondertitel van het boek luidt: De biografie van een uniek tv- en theatertalent. En daar is geen woord aan gelogen, want Brink (1942-2007) is een van de eerste echte grote televisiesterren. Naar het programma Wedden Dat…?, dat tussen 1986 en 1992 werd uitgezonden, kijken op het hoogtepunt 14 miljoen mensen: ruim acht miljoen in Nederland, twee miljoen in België, en omdat in Duitsland Wetten Dass nog steeds het populairste programma is, kijken vier miljoen Duitsers ook naar de Nederlandse variant.

In 1979 presenteert hij het programma Alstublieft Majesteit, dat aan koningin Juliana wordt aangeboden voor haar zeventigste verjaardag. Brink heeft zojuist met Puzzeluur de Televizier-Ring gewonnen, de prijs voor het populairste tv-programma volgens de lezers van het tv-tijdschrift Televizier. Hij zweeft van vertrouwen als hij in het Congresgebouw in Den Haag het programma met onder anderen Ramses Shaffy en Lenny Kuhr aan elkaar mag praten en de koningin de bloemen mag overhandigen. “Majesteit, we hebben een volle bak: tweeduizend mensen in huis. Wat fijn dat u een kaartje heeft kunnen krijgen!” De vrolijke presentator maakt een diepe buiging en zoent de koningin op de wang. Het beeld gaat de wereld over.

Jos Brink is al vroeg verzot op aandacht die je kon krijgen door te werken voor de radio, tv en het schrijven van boeken. In 1959 maakt hij op zeventienjarige leeftijd zijn radiodebuut in het hoorspel Het Z-Mysterie. Vanaf 1964 presenteert hij het radioprogramma Tussen 10+ en 20-, een van de weinige lichtpuntjes voor tieners op de radio, die hun muziekheil vooral moesten zoeken bij Radio Luxemburg. Als ‘stem van de jeugd’ vaart hij met The Beatles door de Amsterdamse grachten en mag hij in 1964 het beruchte concert van de Rolling Stones in het Scheveningse Kurhaus presenteren, met André van Duin in het voorprogramma. Hij wordt uitgefloten als hij de vijfkoppige band aankondigt als een kwartet. Als de Stones beginnen te spelen, wordt de zaal letterlijk afgebroken.

Na wat aanloopstrubbelingen wordt hij opgepikt door televisiescouts. De werkdrift van Brink was gigantisch. Brink  heeft meer dan twintig showprogramma’s op zijn naam staan voor de publieke en commerciële omroep. Hij publiceerde 45 boeken met verhalen, columns en kerkpreken. In zijn sterfjaar verschijnen nog Rouw op je dak – verder leven na de dood van een dierbare en Handboek voor Hulpsinterklazen. Als solist, met zijn cabaretgroep Tekstpierement en als musicalartiest met zijn geliefde Frank Sanders is hij verantwoordelijk voor meer dan 25 theaterproducties. In het theater spiegelde Brink zich het liefst aan zijn held Wim Sonneveld.

Niet alles veranderde in goud. Veel van de Tekstpierement cabaretprogramma’s werden in de kwaliteitskranten weggezet als oubollig en oppervlakkig en ook de musicals, waarbij tot vervelens toe werd geschmierd, vielen lang niet altijd bij de recensenten in de smaak. Maar ere wie ere toekomt: de spektakelmusicals van Brink en Sanders vormen de schakel tussen de Schmidt-Bannink musicals en de grote producties van Joop van den Ende.

Als je alle feiten die Tom van den Oetelaar voor deze biografie bij elkaar gesprokkeld heeft op een juiste manier ordent, kun je een prachtig boek maken, dat recht doet aan Jos Brink en een mooi beeld geeft van de wereld van radio, tv en het theater in zijn tijd. Maar dan moet je wel een beetje kunnen schrijven en vooral als biograaf afstand houden tot je onderwerp. Van den Oetelaar en Brink kenden elkaar goed. Brink heeft de jonge Brabander geholpen bij zijn media-loopbaan en steunde hem in zijn innerlijke strijd over zijn homoseksualiteit. Brink heeft zich met veel energie ingezet voor de emancipatie van homo’s in Nederland. De tweejaarlijkse homo-emancipatieprijs (10.000 euro en een kunstwerk) is naar Jos Brink vernoemd. Een hele lieve oom dus, en dat is heel fijn voor Van den Oetelaar. Maar dat hoeven we niet op een kleffe manier op bijna elke bladzijde te lezen. Het is niet meer duidelijk of dit boek nou een biografie van Brink is of een autobiografie van Van den Oetelaar met Brink als sidekick.

Verder heeft Van den Oetelaar een enorme belangstelling voor alle korte en langere relaties van Jos Brink. Hoe het is aan- en weer is uitgegaan, met jaloerse en verdrietige achterblijvers in het soms wilde leven van Brink. Zo lijkt het soms of je Privé of Story in boekvorm aan het lezen bent. Door dat geslijm is het boek bijna niet om door te komen, en dat is heel jammer voor Jos Brink.

Tom van den Oetelaar: Jos Brink. De biografie van een uniek tv- en theatertalent

Uitgeverij Spectrum, 256 blz,  € 21,99