Onbekommerde, zalige avond met De Jantjes


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

De Jantjes door Joop van den Ende Theaterproducties, script: Herman Bouber, muziek en liedteksten: Louis Davids, Margie Morris, John Brookhouse, Thé Lau, regie: Dick Hauser. Theater a/d Parade Den Bosch 19 december. Tournee tot half juni.

‘Acht gulden in de week, en daar ben je dan je klauw voor kwijt.’
Blauwe Toon heeft er als KNIL-soldaat zes jaar opzitten in de Oost. Hij heeft een ernstige tropische ziekte opgelopen. Ook is hij ziek van het arrogante gedrag van de Nederlandse kolonialen. Een van zijn maten is zijn hand in de ‘pacificatie-acties’ kwijtgeraakt, maar is blij met het pensioen van de overheid. Blauwe Toon is cynisch over deze dankbaarheid. Hij overleeft de terugreis naar Amsterdam niet.
Blauwe Toon is een van de Jantjes, zoals de matrozen een eeuw geleden werden genoemd, die uit Amsterdam is weggevlucht. De een heeft financiële pech, de ander probeert zijn liefdesellende te vergeten. Allemaal jongens uit de Amsterdamse volkswijk de Jordaan, waar men nog geen yuppie had gezien. Dat was toen het territorium van Toffe Jans, Blonde Greet, Schele Manus en Tante Piet. De plek waar Herman Bouber zo smakelijk over kon schrijven. Bij De Jantjes (1920) wilde Bouber wat liedjes van Louis Dabids hebben. De cabaretier was zojuist met zijn Engelse vriendin Margie Morris teruggekeer van een tournee door Indië. Bij zijn vertrek had hij een gedicht geschreven voor zijn moeder: Als de tros wordt losgesmeten. Margie Morris maakte de muziek, en de andere nummers volgden snel. De Jantjes, eigenlijk de eerste Nederlandse musical, werd een hit in het theater en als film. Veel Nederlandse grootheden voelden zich tot het stuk aangetrokken, van Johnny Jordaan tot Ramses Shaffy.
De Jantjes is de hele vorige eeuw regelmatig op het repertoire genomen. De laatste theateruitvoering stamt uit 1997, een productie van Joop van den Ende, met extra liedjes van Ivo de Wijs en Ruud Bos. Ook in de nieuwe versie zijn nieuwe liedjes toegevoegd, zoals Poen (Eli Asser), Als ik in mijn klamboe (Lou Bandy) en Vriendschap van Thé Lau. Aan de basis wordt ook door regisseur Dick Hauser niet getornd. Waarom ook, de magie van De Jantjes werkt nog steeds. Volkshumor, lekker veel en inventief schelden, sentimentele liedjes zonder een grammetje kitsch. Zelfs de huidige discussie over moslim-mannen die hun vrouw met harde hand in het gareel houden kan door De Jantjes in een andere richting worden geduwd. Toffe Jans en Bleke Door kregen het een tijdje geleden ook zwaar voor de kiezen.
Uitstekend materiaal. En ook een frisse en verrassende cast. Naast oudgediende Carry Tefsen, die inmiddels drie verschillende rollen heeft gespeeld en nu schittert als de valse Tante Piet, staan musicalnieuwelingen als Dennis Overeem en Birgit Schuurman. De castingafdeling van Van den Ende heeft in de roos geschoten met dit tweetal. Overeem (momenteel vooral bekend van de soap Onderweg naar Morgen) is een hele leuke Schele Manus, die met zijn slome intonatie simpele wijsheden heel grappig kan brengen. Birgit Schuurman is geweldig als de innemende Toffe Jans, met een zalige zangstem en sprankelend spel. Alleen een beetje moeite met plat Amsterdams. Dat is trouwens een probleem waar meer spelers last van hebben en dat heel eenvoudig opgelost kan worden: laat dat accent maar zitten.
Een van de examens van de voorstelling is Omdat ik zoveel van je hou. Ook hier een vlag en een wimpel met Bob (Raggende Mannen) Fosko en Sylvia Alberts. Ook deze nieuwe ronde van De Jantjes levert een onbekommerde en zalige avond op.