Jersey Boys door Joop van den Ende Theaterproducties, script: Marshall Brickman & Rick Elice, muziek en liedteksten: Bob Gaudio en Bob Crewe, vertaling: Jan Rot, regie: Des McAnuff, Beatrix Theater Utrecht, 22 september.
***
‘Bejaardenpop.’
Nee, niet iedereen in de platenindustrie is eind jaren vijftig meteen kapot van wat het bandje uit New Jersey met de muzikale kleine crimineel Tommy DeVito en de gouden falsetto-keel Frankie Valli ophoest. Ze flirten een beetje met de lieve variant van rock ’n roll, maar eigenlijk is het allemaal slappe thee-muziek in het begin.
Je weet dat het bandje uiteindelijk tot The Four Seasons evolueert, met het muzikale genie Bob Gaudio als grote motor. Maar het is een raadsel waarom de toeschouwer van de Broadway musical Jersey Boys (uit 2005) gedwongen wordt om zich eerst een half uur door deze bejaardenpop te worstelen voordat het muzikaal interessant wordt met Sherry en Big girls don’t cry.
En het script maakt het niet beter verteerbaar, want dat is een kinderachtige opsomming van wat straatschoffies allemaal in Jersey uitvreten. Geen greintje opwinding, en het acteren is al even kinderlijk. Een coming of age verhaaltje voor beginners.
René van Kooten (Tommy DeVito) gaat wel erg ver in woord en gebaar om ons duidelijk te maken dat hij een stoere bad guy is, en de Vlaamse Tim Driesen (Frankie Valli) blijft als acteur te veel in het sulletje hangen.
Gelukkig wordt het decor met straathekken (West Side Story op herhaling) opgevrolijkt door steeds wisselende Roy Lichtenstein-achtige prenten, want anders zou het bijna onmogelijk zijn om voor de pauze wakker te blijven.
Twee sterretjes voor het broodmagere eerste deel.
Na de pauze is het een ander verhaal. De breuklijnen in de band tussen Tony, die er met zijn gesjoemel en gokgedrag een financiële puinhoop van heeft gemaakt, en de andere drie worden scherp uitgewerkt. Valli krijgt eindelijk een echt gezicht en zelfs de door de Vlaamse Dieter Spileers veel te braaf ingevulde Gaudio krijgt wat menselijke stekeltjes. De muziek werkt dan ook beter omdat de liedjes, zoals Let’s hang on to what we’ve got en Working my way back to you het verhaal verder helpen.
Ofschoon The Four Seasons in Nederland wel wat hitjes hebben gehad, kon de band niet echt opboksen tegen het Engelse popgeweld in de jaren zestig. Ook is de enigszins neerbuigende sympathie die in de VS voor New Jersey bestaat hier onbekend. Dus de basis voor het knalsucces op Broadway is hier niet aanwezig. Neemt niet weg dat je na de pauze wordt meegenomen in een stevig verhaal. En als bonus zit je naar een uitstekende Tribute Band te luisteren met een bijna vlekkeloze Driesen als vocale imitator, met aanstekelijke liedjes die de tijd hebben overleefd.