Thomas van Luyns smaakvol avondje uit door Thomas van Luyn, regie: Pieter Tiddens, 29-11 in De Kleine Komedie Amsterdam. Tournee.
****
Wat een belabberde opening.
Wat een geweldig programma.
Galant in het pak, champagnekoeler tussen een fraai boeketje groen loof. Maar ook een ordinair glittergordijn waar de artiest zich doorheen wurmt. Kortom, het smaakvolle waar Van Luyn het in de titel van zijn programma over heeft betekent bij hem een mengsmaak waarin gedistingeerd en plat harmonieus samenkomen.
Misschien hoort die opening er dan ook wel bij. Uitstekende kwaliteit bestaat ten slotte alleen bij de gratie van bagger. Maar wat was die parodie op ‘wat bent u toch een geweldig publiek’ waar artiesten een zaal mee plegen op te geilen, langdradig. Tot Van Luyn eindelijk het veren-in-het-achterwerk-proppen afrondde met een krankzinnige ode aan Amsterdam, ‘met je palmstrand, strategisch gelegen aan de A10.’ Vanaf dat moment heeft Van Luyn je bij de lurven om die de rest van de avond niet meer los te laten.
Hij meandert soepel van een analyse van zijn gay image – met dank aan de homo-aflevering van Seinfeld, met de gouden zin: Not that there’s anything wrong with that – via een lekker stekelig gesprek met bezitters van een tweede huis in Frankrijk, die om een of andere arrogante reden er altijd maar van uitgaan dat iedereen de topografie van Frankrijk in zijn hoofd heeft, naar een oproep om toch maar vooral je lul en je anus te volgen.
Van Luyn, na acht jaar weer als solist, zonder Mike Boddé, houdt je niet alleen scherp met zijn logische onzinteksten, maar ook met zijn muziek. Twee synthesizers met een technisch simpele vocoder waarmee hij zijn stem kan laten zweven en een drang om buiten de vaste patronen te componeren leveren muziek op die uniek is in een cabaretprogramma: strakke minimal-rock met een vleugje kerkmuziek.
Ofschoon Van Luyn niet de cabaretier is die heel minutieus een programma schildert met in elkaar passende puzzelstukjes en een ingenieuze rode draad, zien we toch de hele avond een man die het verlangen tot uitgangspunt van zijn leven heeft gemaakt. Verlangen in de puberale zin van de disco-liedjes, waarin altijd over de hoop wordt gezongen dat het ’tonight’ gaat gebeuren, het verlangen om bij de tijd te blijven, het verlangen om bij de bright and beautiful te horen. Het kwam allemaal samen in het wonderschone nummer Mag ik bij jullie staan?
Maar laten we het even omdraaien. Het was een genot om anderhalf uur bij Thomas van Luyn te behoren.