De Parade, Museumpark Rotterdam, 20 juni. T/m 28 juni. mobilearts.nl
Toneelgroep Oostpool: Partymonster ****
Club Loïs Lane: The Laste Dance **
den Boer, Jonker & den Boer: Glorie ***
Groep-Verdonschot-Husicic: Bloedzone ***
Als je het een beetje uitkient kun je van een Rotterdams Parade-avondje een aaneenschakeling van moord en andere ellende maken. Terwijl buiten de draaimolen vrolijk zwiert en de tango wordt gedanst in een vredig hoekje van het Parade-terrein, wordt op drie locaties een moord gepleegd en sterft iemand in de vierde tent aan een nare ziekte.
Van al die doden maakt het lijk van Club Loïs Lane de minste indruk. De zusjes Klemann brengen degelijke discoliedjes in een verlopen disco waar de seksueel wat al te hebberige DJ en een drankzuchtige zangeres hun leven niet meer op orde hebben. Met een dodelijk pistoolschot tot gevolg. Een ongecompliceerd half uurtje discodansen, meer is het niet.
Groep-Verdonschot-Husicic brengt een dode op het niveau van Tarantino en A Clockwork Orange. Bloedzone is een fragment van een twee uur durende voorstelling over geweld die in de maak is. Het is een beklemmend fascinerende monoloog over het steeds bozer wordende Nederland, waar de bewoners om het minste of geringste uit de bocht vliegen. Om niet overal met onverwacht geweld te worden geconfronteerd wordt voorgesteld om een speciale geweldplek in te richten, waar iedereen zijn frustraties eruit kan rammen en desnoods moorden. De monoloog wordt door Nard Verdonschot gespeeld in een benauwde container-ruimte, waardoor het verhaal extra krachtig in je gezicht wordt geslagen. Als we het goed hebben begrepen lucht een stevige moordpartij, bijvoorbeeld op ‘een type René Froger’, behoorlijk op.
Schrijver/regisseur Ilay den Boer zorgt voor de meest ontroerende Parade-dode. Een doodzieke rockster (René Jonker, met een lekkere Huub van der Lubbe-stem) wordt zowel cynisch als liefdevol verzorgd door zijn liedtekstschrijver (Gert den Boer), die bang is dat zijn gloriedagen voorbij zullen zijn als de uitvoerder van zijn werk straks is overleden. De schaamteloze eerste minuten, waarin de zanger het bad inwankelt zijn tamelijk ongemakkelijk. Maar als de verhouding tussen de twee duidelijker wordt en het verhaal nóg intiemer, kun je niets anders doen dan je helemaal overgeven aan dit tweetal.
Ongetwijfeld het meest confronterende moordverhaal komt van Oostpool. Partymonster geeft een rauw beeld van het extravagante, seksueel extreme New Yorkse clubleven in de jaren tachtig en negentig, gebaseerd op het boek Disco Bloodbath van James St. James. Feestpromotor Michael Alig vermoordde feestganger/dealer Angel, sneed het lijk aan stukken en gooide het in de Hudson. De schokschouderende harakiri-choreografie van de zes mooie jongens (in fraaie jurkjes of zonder kleren) is heftig. Voor het slotstuk van het akelig gedetailleerd verhaal moet je een sterke maag hebben. Een aantal vroegtijdig vertrekkende bezoekers had die niet.
Enver Husicic en Nard Verdonschot (Groep-Verdonschot-Husicic) zijn geobsedeerd door het geweld waar de niets vermoedende wandelaar op straat steeds meer mee te maken krijgt. Met een beetje pech ben je in Amsterdam getuige van een afrekening in het criminele circuit of speel je ongewild een rol in een totaal uit de hand gelopen ruzie om helemaal niets.
Enver Husicic: ‘Deze Parade versie van Bloedzone maakt onderdeel uit van een langer traject. Nard en ik willen de oertekst Bloedzone, een monoloog van anderhalf uur waarop deze korte voorstelling gebaseerd is, stap voor stap verder ontwikkelen door middel van etudes. Ik schreef Bloedzone, een stuk over een fictieve gedoogzone voor geweld over een periode van ongeveer vijf jaar. Uiteindelijk rondde ik de tekst af in 2013 en won de Marjan Boyer Trofee voor het beste onopgevoerde stuk van dat jaar. We hebben van het eerste deel van de tekst een korte film gemaakt, etude 1. Het midden en einddeel van de oorspronkelijke tekst is etude 2 van een kwartier op de Parade geworden. We werken toe naar een grote voorstelling waarin Nard de volledige monoloog zal gaan spelen. We hebben voor dit traject gekozen omdat we op gedegen wijze de thematiek en vormen van de voorstelling willen onderzoeken en we willen ook bekijken hoe het publiek de voorstellingen ervaart en dat meenemen in ons proces.’