Ode aan het overzichtelijke leven buiten de stad


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

Klaas van der Eerden komt uit Waterland, de voortuin van Amsterdam. In de naweeën van het hippietijdperk zijn zijn ouders daar neergestreken met Lelijke Eend en biologische eetgewoontes. Voor de stedelingen aan de andere kant van het IJ is hij dus gewoon een Amsterdams boer, met ‘Klaas’ als een wel heel goed passende naam. Hij speelt dwarsfluit (omdat hij denkt dat dat het lievelingsinstrument van zijn moeder is) en dan is hij dus ook nog een Berdien Stenberg-homo. Kortom een jeugd met kartelrandjes, waar smakelijke verhalen over te vertellen zijn. En dat doet Klaas van der Eerden gelukkig ook in zijn vierde soloprogramma Wortels.
Van der Eerden won in 1999 het Amsterdams Kleinkunst Festival en kon daarna makkelijk meedrijven op de cabarethausse. De dwarsfluit en zijn liefde voor maffe geluiden gaven hem wel iets extra’s, maar een hoogvlieger leek het niet te gaan worden. In zijn vorige show Schaap overschreeuwde hij zichzelf. Het was gemakzuchtig, flauw en hier en daar domweg infantiel. Wortels is een goed geslaagde revanche op die misser, ook al blijft hij soms wat lang in het nerveuze ginnegap-typetje hangen.
De verhalen, liedjes en mime-stukjes dwarrelen alle kanten uit, maar vormen bij elkaar een mooie ode aan het overzichtelijke leven buiten de hectiek van de stad. De stomvervelende hangjochies en de geflipte Ajax-supporters zijn voor de stad misschien geen aanwinst, maar Klaas houdt er wel een paar mooie en grappige nummers aan over. Echt prachtig is zijn beschrijving van de sloot in Waterland in de vier seizoenen. Het is knap als je dat kunt zonder slijmerig romantische toon. Voeg daarbij de malle fratsen die hij met de techniek uithaalt en je hebt een vermakelijk en zinnig programma.

Wortels door Klaas van der Eerder, regie: Margôt Ros, Schouwburg Leiden 17 januari. Tournee. ***