De musical Chaplin is een oversentimenteel monster


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

chaplin-musical-5Chaplin, de musical door Music Hall, script, muziek en liedteksten: Chris Curtis, script: Thomas Meehan, vertaling: Stany Crets, regie: Mariano Detry, RAI Theater Amsterdam, 27 december. Aldaar t/m 3 januari (matinee en ’s avonds)

**

De Engelse filmkomiek Charlie Chaplin kwam begin jaren vijftig, tijdens de rode heksenjacht in de Verenigde Staten, onder vuur te liggen. Hij kon net zo hard roepen dat hij humanist was, maar als je linkse lezingen gaat houden voor Russische communisten, dan is het niet verwonderlijk, dat je als buitenlander wordt gewantrouwd. Toen ook nog de beruchte society journalist Hedda Hopper, een jaloerse, gestoorde nationalist, in zijn privéleven begon te wroeten, achtte Chaplin het maar beter om in Europa te blijven, toen hij daar was om zijn film Limelight te promoten.

Chaplin, die furore had gemaakt met zijn zwijgende zwerver-personage, durfde eind jaren dertig de overgang naar de gesproken film aanvankelijk niet aan. Toch maakte hij met The Great Dictator, een venijnige aanval op Hitler, nog een meesterwerk. De onvoorwaardelijke adoratie was daarna wel voorbij.

Enigszins pathetisch vraagt Chaplin zich in de musical af of men nog wel van hem houdt. In 1972 ontving Chaplin in Amerika een Academy Honorary Award voor zijn hele oeuvre en de langste staande ovatie in de geschiedenis van de Oscars. Natuurlijk blijven we altijd houden van die melancholieke vagebond, die met humor en onbevangenheid het systeem bestrijdt. De filmheld kan niet stuk. Maar dat geldt niet voor Chaplin, de musical die in 2012 op Broadway in première ging, om minder dan een half jaar later alweer te verdwijnen. Nee, zo’n groot succes was die musical niet, waarin heel braaf de carrière wordt gevolgd vanaf de Londense achterbuurt, via een vaudeville optreden in de kroeg naar het succes in de Amerikaanse stomme film, met veel vrouwengedoe.

Er is in de jaren daarna door meerdere regisseurs in verschillende landen aan de musical gesleuteld, maar het belangrijkste bezwaar is ook in de Vlaamse bewerking niet weggenomen: het is een oversentimenteel monster. Het is niet raar dat het wat ernstiger wordt als na de pauze de politieke ideeën van Chaplin worden benadrukt, maar het is krankzinnig dat er in de eerste helft geen enkel lachmoment zit. Vooral het laatste half uur van de voorstelling is niet om door te komen. De zoetsappige teksten zijn tenenkrommend, en de daarbij behorende laffe muziek is al verdampt voordat hij de oren goed en wel heeft bereikt. En het helpt ook niet dat er nauwelijks goede zangstemmen te horen zijn. Roel Vanderstukken als de broer van Charlie piept, en Goelde De Raedt als Hedde Hopper schreeuwt.

Is er dan niets goed? Jawel, het decor is stijlvol realistisch en de hoofdrolspeler Nordin de Moor ontstijgt het script en de flauwe muziek. Maar hij vecht tegen de bierkaai en dat gevecht duurt ook nog eens bijna drie uur.