Hans Kottman haalt comedy definitief uit de poep- en piessfeer in Rotterdam


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

Op de lijst van de ruim zestig optredende artiesten op 11 mei, de openingsnacht van het nieuwe Rotterdamse stand up comedy onderkomen Lof der Zotheid, pronken namen als Hans Liberg, Lenette van Dongen, Kees Torn, André Manuel, Joop Visser en Stef Bos. Na enig doorvragen bij organisator Hans Kottmann blijkt dat een niet onaanzienlijk deel van de affiche-lokkers op het videoscherm zal verschijnen. Ook de aangekondigde komst van de spelers van het eerste elftal van Feyenoord (‘Als je kijkt naar dit lachwekkende seizoen van Feyenoord dan moeten die jongens wel gevoel voor humor hebben.’) is nog lang niet zeker.
Kottmann, oprichter van impresariaat Brood op de Planken, heeft er geen problemen mee om de werkelijkheid iets mooier te maken. Toch lijkt hij iets voor elkaar te krijgen wat in Rotterdam nog niet eerder is gelukt: een structurele plek voor stand up comedy.
Hij heeft geen idee waarom Rotterdam, de stad van Paul de Leeuw, Richard Groenendijk en Kees Torn, in tegenstelling tot Amsterdam, zo armoedig bedeeld is wat stand up comedy betreft. Hij weet wel dat hij met Lof der Zotheid een aardige commerciële slag gaat slaan, want de stand up comedy hausse houdt aan, nu het volgens Kottmann ‘definitief uit de poep- en piessfeer is, en ook in korte optredens diep kan gaan.’
Het echte onderkomen, een voormalig pakhuis op het Westelijk Haventerrein, is na enige huurproblemen met de eigenaar nog niet helemaal ingericht voor 11 mei. Maar aangezien Kottmann zijn artiesten al had vastgelegd, wordt er nu een zijsprongetje gemaakt naar bonbonnière-restaurant De Heksenketel. Daar wil Kottmann, naast zijn club in het havengebied, naar voorbeeld van het Amsterdamse Paleis van de Weemoed en het succesvolle Boom Chicago aan het Amsterdamse Leidseplein, comedy met dineren gaan combineren, onder het motto smakelijk lachen.
Kottmann heeft lange tijd het leraarschap (Nederlands en Duits) gecombineerd met zijn werk als theaterrecensent bij het Noordhollands Dagblad. Na de fusiegolf in de krantenwereld raakte Kottmann schrijf baan kwijt. Zijn kennis en contacten zette hij vervolgens in bij het nieuwe impresariaat Brood op de Planken voor ‘vers en doorbakken kleinkunst en muziektalent.’
Deze zomer gaat hij met een selectie uit zijn stal langs de Spaanse kust. Hij begint Marbella, in het huistheater van Xaviera – ‘van happy hooker naar happy booker’ – Hollander. Daarna verzorgt hij een ‘rollator-comedy-voorstelling’ voor Nederlandse ouderen in Benidorm en bedient tot slot de jongeren in Lloret de Mar.
In Nederland stroopt hij de vele open podia en cabaretfestivals af om comedians aan zich te binden, voor wie geen plek meer is bij de gevestigde impresariaten. Volgens Kottmann is er meer dan genoeg talent, maar de speelplekken in het theater zijn beperkt. Daarom is hij langs kroegen en restaurants gegaan om te kijken of er niet een klein podiumpje kan worden gebouwd voor kleinkunst en muziek. In die opzet is hij geslaagd en nu heeft hij een groep van enkele tientallen artiesten die hij als een ouderwetse schnabbel-regelaar overal voor korte en gecombineerde optredens kan inzetten in kroegen of jeugdcentra. Vanaf maandag heeft hij dus een vaste uitvalsbasis in Rotterdam. ‘Zoals Raoul Heertje heeft opgezet, mijn eigen Toomler.’

Lof der Zotheid, 11 mei van 19.00 tot 4 uur in De Heksenketel Rotterdam.