Iets barkrukkerigs, bijna stoffig


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

Een lief liedje over een ontmoeting tussen twee mannen, met als berustende, weemoedige slotzin: Misschien komen we elkaar nog wel eens tegen.
Tussen een stapel handgeschreven teksten van Ramses Shaffy kwam Johan Hoogeboom het nummer Erik tegen dat nooit door Shaffy is gebruikt. Er werd in zwierige Shaffy-stijl muziek bij gecomponeerd en vormt nu het slotlied van Niet Aaien!, het derde programma van Hoogeboom, Marée en Van der Winkel. Eerder op de avond had het trio ook al blijk gegeven van eerbied voor kleinkunstgrootheden als Annie M.G. Schmidt, Willem Wilmink (met een gevoelige uitvoering van het oorlogslied over de afgevoerde joodse goochelaar Ben Ali Libi) en Bram Vermeulen. Dus deze Shaffy-vondst is bij hen in goede handen.
Er kleeft iets heel traditioneels aan het trio, iets barkrukkerigs. Het is bijna stoffig. De harmonieuze samenzang doet denken aan Don Quishocking, de teksten van Hoogeboom hebben een likje van de kolder van Drs. P meegekregen. In intelligente liedjes vertellen ze over het gat in de hand van sommige vrouwen, en de rol van het leger om mannen te (mis)vormen. Maar de laagste versnelling waarin het trio vrijwel constant voorttuft, maakt het wel erg braaf. De titels van hun eerste twee programma’s spreken wat dat betreft ook boekdelen: Wat nou watjes? en Wil je mijn pleister zien? De titel van hun derde had eigenlijk Aaien! moeten zijn.
Het rare is, dat als er wat meer peper in de presentatie wordt gestrooid, zoals vlak na de pauze met een pittige Bumperklever-rap, het geforceerd overkomt. Het lukt de mannen niet om uit deze spagaatsituatie te geraken.
In het bewust slome ‘vredeslied’ komt dat lage tempo prima uit. Het is een rake sneer naar cabaretiers/politici met gratuite meningen. Ondersteund door vreselijke, maar zeer doeltreffende loungemuziek komt men tot de open-deur-conclusie: Het is maar goed dat het geen oorlog is.
In zijn soloprogramma’s heeft Johan Hoogeboom zich bewezen als een prima tekstdichter en sterke componist. De samenwerking met gitarist Bas Marée (die zijn zachte, bijna sullige imago net iets te ver doorvoert) en contrabassist Ludo van der Winkel (die wat meer jazz in de muziek heeft gebracht) heeft hem een duidelijker gezicht gegeven. Nu is het wachten alleen nog op een regisseur die dit trio een klein Bokito-laagje geeft.

***

Niet Aaien door Hoogeboom, Marée, Van der Winkel, Theater Bellevue Amsterdam, 25 oktober. Tournee tot eind april. www.VEtheater.nl