Alex Roeka: Hadeskade. Raaf Records/Coast to Coast.
****
De rauwe romantiek van Alex Roeka wordt steeds indrukwekkender, zowel in tekst als muziek. In elk nummer van Hadeskade horen we een man die heen en weer wordt geslingerd tussen de donkere holen van het leven en het carpe diem vitalisme van het bestaan in de zon. Binnen één minuut kan hij fluiten van plezier en rochelen van ellende. Roeka heeft van niets spijt; hij heeft geen volgend levend nodig, want hij doet het allemaal precies weer zo, inclusief de dommigheden. Gelukkig kan hij zijn pieken en dalen prachtig verwoorden. Er is niemand die mooier het woord ‘gat’ kan uitspreken dan deze Brabants-Amsterdamse bard. En dan slaat het vooral op het zwartste deel van de nacht. Roeka heeft een harde, zachte ‘g’ en dat is kenmerkend voor zijn gehele oeuvre. Hij past in de traditie van Ramses Shaffy, die hij in het dwingend zwierige Lege Ochtendkroeg subtiel eert. Naast de prachtig doorleefde teksten is de begeleiding dit keer krachtiger, met de juiste accenten van accordeon en een agressieve gitaar, waardoor Roeka soms als een eenmans-De Dijk klinkt.
Robert Long: ‘n Duivels genoegen. SOS
***
Vorig seizoen moest Robert Long zijn voorstelling ’n Duivels Genoegen om gezondheidsredenen afgelasten. De cd met liedjes uit dat programma en het volledige repetitiescript (inclusief podiumaanwijzingen, tekstcorrecties, aankondigingen en koffievlekken) doen vermoeden dat het een heel aardig programma zou zijn geworden. In de anti-godsdienstige liedjes blijft Long steken in zijn eigen jaren zeventig-materiaal, maar de melancholieke liefdesliedjes zijn tijdloos. De manier waarop hij onbeschaafd straattuig in plat Utrechts afmaakt, is heel sterk. Echt geweldig is Hè gezellig, een humoristisch-zwartgallige beschrijving van een verjaardagsfeest vol gezondheidsgeklaag. Volgens een aantekening in het script moet het een lied ‘à la Hans Dorrestijn’ worden. Dat hoge doel wordt gehaald.