Nellie Frijda wil asfalt voor de deur en een kroeg om de hoek


Geplaatst in Theaterreportages/interviews op . Gepubliceerd in: Regionale pers

Nelly Frijda wil asfalt voor de deur
en een kroeg op de hoek.

Denk je aan Nelly Frijda, dan zie je een vrouw van beton die zich de les niet laat lezen. Door niemand. We zien Ma Flodder, die dat asociale familie-zootje van haar uitstekend in het gareel weet te houden.
Geven we de actrice het woord, dan weet ze niet hoe snel ze dat beeld onderuit moet halen. ‘Ik een sterke vrouw? Gooi het maar in mijn pet. Als er iemand een bibberend rietje is, dan ben ik het. Ik zie er wel stevig uit, maar je hoeft maar te blazen en ik lig om. Ik kan nog steeds midden in de nacht wakker worden en denken…oh God, ik kan het niet…ze hadden toch gelijk op de toneelschool.’
Op de toneelschool werd namelijk in de jaren vijftig koel geconcludeerd dat Frijda geen talent had. Haar indrukwekkende arbeidslijst, met films als Moutarde van Sonaansee (met Toon Hermans), De Stilte rond Christine M. en de Flodder-cyclus, en toneelstukken als Antigone, Anne Frank en Richard III, doet toch echt anders vernoeden. Aan die lijst wordt het komend seizoen de komedie Oud Vuil toegevoegd.
We kijken naar de publiciteitsfoto van het nieuwe stuk van Flip Broekman en Thomas Verbogt. De vier roeiers in het wankele bootje ogen niet al te vrolijk. Zorgelijk, angstig, alsof ze ze beseffen dat ze de eindbestemming niet zullen halen. Dat zit er ook niet in, want ze steken de peddel allemaal aan dezelfde kant in het water en dat wordt dus troosteloos rondjes varen. De pikzwarte wolken boven het gammele vaartuigje beloven ook al niet veel goeds. De vier zonder stuurman.
Op de tweede rij zien we Nelly Frijda achter haar toneelechtgenoot Jules Croiset. Een treffende symboliek, want in hun huwelijk is het niet veel anders geweest. Telefonisch vanuit de auto – ‘Ik rijd niet hoor, dus wees niet bang dat dit mijn laatste interview wordt’ – vertelt de actrice dat Mies, haar personage een vrij makke vrouw is. Haar man is directeur van een bedrijf geweest en wordt ingehaald door de jongere garde. Hij heeft zelf het idee dat hij onmisbaar is. ‘Dus belt hij na zijn pensioen elke dag met een onzinverhaal naar de zaak, terwijl ze daar het gevoel hebben dat die ouwe zak gewoon moet ophoepelen. Zijn vrouw ziet dat zijn leven in elkaar klatscht en blijft achter hem staan zoals ze zich altijd dienstbaar heeft opgesteld tegenover haar dominante man.’
Frijda vindt het lastig om Mies verwijten te maken over die dociele houding. ‘Natuurlijk wilde ik altijd dat vrouwen gelijke rechten moesten krijgen, maar ik heb me in mijn huwelijk ook niet zo feministisch opgesteld.’
Aan dat huwelijk, dat in 1975 werd ontbonden, heeft de actrice haar achternaam overgehouden. Haar eigen naam is Wiegel. Nogal ironisch voor iemand die uit een overtuigd socialistisch Amsterdams nest komt.
Vader mocht niet weten dat dochter op de toneelschool zat. ’s Nachts behoorde Frijda tot het gilde van ‘de meisjes van Kriterion’ de studentenoppascentrale. ‘Kwam ik om drie uur in de nacht thuis en zat ik om negen uur de volgende ochtend in de dramaturgieles, waar een Griekse tragedie werd behandeld. Ik kende die stukken wel van het gymnasium en die man gaf niet echt spannend les, dus ik viel altijd in slaap. Verder zei ik meestal wat er in me op kwam. Dat vond ik niet brutaal, maar dat werd zo wel gezien. Dus werd ik na drie maanden van school afgegooid. Geen talent, asociaal en geen fantasie. Dat laatste oordeel vond ik misschien nog wel het ergst.’
Nelly Frijda is dit jaar zeventig geworden, maar het eind van haar toneelloopbaan lijkt nog niet in zicht. Ze denkt dat haar imago als Ma Flodder-comedienne een belemmering is om voor tv of film nog eens een mooie Shakespeare of een chique dame te spelen. ‘Casters zijn gemakzuchtig, dus speel ik meestal komedies. Bang voor het laatste applaus is Nelly Frijda zeker niet. Als iemand met een paar miljoen langskomt is ze direct uitgewerkt. ‘Ik heb geen pensioen. Ik wil niet zeggen dat ik een gróót gat in mijn hand heb, maar ik kan zeker niet zeggen dat ik zuinig leef. Ik wil graag nog wat reizen en ik lig ernstig achter wat lezen betreft. Maar ik heb geen poen. Er komt een dag dat ik mijn huis aan de gracht verkoop en dan moet het allemaal kunnen.’
Een rustige oude dag in zo’n dorp waar Alfred en Mies wonen?
‘Oh nee, dat zie ik helemaal niet zitten. Die mensen zijn nog met z’n tweeën, maar zelfs dan lijkt het me niets. Ik wil asfalt voor de deur en een kroeg op de hoek. Alles op loopafstand. Het moet ook met de rollator te bereiken zijn.’

Oud Vuil van Flip Broekman en Thomas Verbogt, door Theaterbureau Hummelinck Stuurman, regie: Anny van Hoof, met Nelly Frijda, Jules Croiset, Ingeborg Elzevier, Cas Enklaar en Abel Nienhuis.
19 november t/m 4 maart, première: 2 dec 2006.