Yora Rienstra wint Jury- en Publieksprijs


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

De jury van de Wim Sonneveldprijs had een makkie dit jaar. Yora Rienstra, de enige vrouw en enige niet-Belg op de finaleavond van het Amsterdams Kleinkunst Festival stak met kop en schouders boven de andere kandidaten uit. Het publiek was het daarmee eens: naast de juryprijs nam zij ook de Publieksprijs mee naar huis.
Rienstra, afgestudeerd aan de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie, heeft van een aantal vrouwelijke grootheden, zoals Adèle Bloemendaal, Brigitte Kaandorp en Sanne Wallis de Vries, een paar ons afgeschraapt en heeft daar een heel eigen draai aan gegeven. Met haar slungelige lijf en indrukwekkend flexibele stem schakelt ze soepeltjes van een neurotische vrouw die haar tegenslag krampachtig weglacht naar een vermoeide Surinaamse big mama, die al vijfendertig jaar op hetzelfde kantoor werkt. Op een hele vernuftige manier brengt Rienstra binnen een half uur door middel van enkele tekstflarden en wat liedjes een levenslange relatie in kaart. Zonder happy end. De jury merkte op dat de tijd voorbij is dat iedere jonge cabaretier als vanzelf speelplekken krijgt. Maar de cabaretimpresariaten zullen ongetwijfeld aan deze comédienne met diepgang trekken. En terecht.
Inhoudelijk had Yora Rienstra eigenlijk geen concurrentie, in muzikaliteit deden de drie finalisten nauwelijks voor elkaar onder. Het duo Lakmoed had nog wel een verrassende tekst over de liefde tussen een nazi-bewaker en een joodse vrouw in Bergen Belsen. Verder was het slaapverwekkend en miste het liefdesverhaal (‘Ik kan geen vrouwen houden.’) elke originaliteit. Het duo leek tot de finale te zijn doorgedrongen, omdat drie optredens nou eenmaal is afgesproken.
Geestiger was Ygor, die met de opheffing van België speelde. Hij kwam op als een halve zool met bivakmuts, en bleef het grootste deel van zijn act de onnozelaar. Ygor past in de inmiddels vertrouwde traditie van Vlaams absurdisme, waarbij hij net zo makkelijk iets te berde kan brengen over de knieën van de pinguïn als over de straatverlichting. Maar dat begint inmiddels toch ook wel een makkelijk in te vullen patroon te worden. Laat je fantasie op hol slaan, zet je Vlaams accent nog een beetje dikker aan en floep, daar hebben we er weer een uit de Vlaamse humor-confectiefabriek.
De avond, die allerbelabberdst werd gepresenteerd door Ron Boszhard, kende een primeur met de uitreiking van een nieuwe Amsterdams Kleinkunst Festival-prijs. De Waardering – voor personen of instellingen die zich achter de schermen zeer verdienstelijk hebben gemaakt voor de ontwikkeling van de Nederlandse kleinkunst – ging naar Joost Nuissl, zanger en oud directeur van theater De Kleine Komedie.