Het geweten van Don Quishocking


Geplaatst in Theaterreportages/interviews op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

Anke Groot (Amsterdam 1941), die samen met haar echtgenoot George Groot aan de basis stond van cabaretgroep Don Quishocking, is gisteren in haar woonplaats Amsterdam overleden. Zij was reeds geruime tijd ziek.
Samen met Ivo de Wijs en Neerlands Hoop bediende Don Quishocking in de jaren zeventig met ironisch, literair en uiterst muzikaal cabaret het jongere publiek. In 1981, na het programma Wij zijn volstrekt in de war, dat in het teken stond van de ideologische tegenstelling binnen de groep tussen George Groot, aanhanger van de Indiase guru Bhagwan en de aardse Jacques Klöters, trok Anke Groot zich terug uit het theater. In de gelegenheidsprogramma’s die Don Quishocking daarna nog heeft gemaakt werd haar plaats ingenomen door onder meer Joke Bruijs.
In tegenstelling tot de mannen was Anke Groot geen groepsmens. Zij vond het lesgeven aan de Akademie voor Expressie door Woord en Gebaar in Utrecht (tekstinterpretatie en taalexpressie) veel interessanter.
Anke Groot wordt als het geweten van de groep beschouwd en volgt de intellectuele traditie om aan alles te twijfelen. Zij zet de mannen in de voorbereiding constant op scherp met filosofische vragen, als: Wat is ruzie? Met wie zou je ruzie willen maken? Met welke schuld loop jij rond?
Ook in de vele nummers die over de tweede wereldoorlog gingen, speelde haar visie een belangrijke rol. ‘Hitler is geen duivel met bokkenpoten. Hij is een mens. Zo’n drama is dus een menselijke mogelijkheid.’ Zij zag het als de taak van de groep om ‘een knots op de lange tenen te laten vallen, en daarbij de mensen aan het lachen te krijgen.’
Anke Groot komt uit een communistische nest en heeft haar leven lang geen enkel ontzag getoond voor gezag, of dat nou kwam uit het leger, de kerk of de politiek. Jacques Klöters: ‘Zij is het voortdurende symbool dat alles tussen aanhalingstekens staat. Zij is meer de nar – in de betekenis van iemand die ontregelt – binnen DQ dan een komiek of cabaretière. Zij ziet zichzelf als de gek die op straat in zijn nachtgewaad loopt en zegt: ‘Het is zo gek nog niet om gek te zijn.’