Hoe bewaar je idealisme?


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

Almost cut my hair door de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie, samenstelling en regie: André Veltkamp, De Kleine Komedie, Amsterdam, 20 juni. Vanmiddag (17.00 uur) te zien in het kader van het ITs Festival.

**

Bijna had David Crosby zijn haar afgeknipt. Maar hij bedacht zich net op tijd. Een kort koppie was het symbolische, droevige bewijs geweest dat hij de nederlaag zou hebben erkend, en dat de idealen van de jaren zestig al zo snel op de vuilnishoop terecht waren gekomen.
Almost cut my hair, een van de hoogtepunten van het album Déja Vu van Crosby, Stills & Nash uit 1971, vormt het uitgangspunt van de afstudeervoorstelling van zes eindexamenstudenten van de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie. In deze collagevoorstelling onderzoeken de studenten hun eigen idealisme. Vol overtuiging schreeuwen zij in het (veel te lang uitgesponnen) openingsnummer dat het kak gaat, dat het huilen met de pet op is, en dat ze geen vuist meer kunnen maken. In tamelijk schools van elkaar gescheiden monologen mag vervolgens iedereen zijn of haar ongenoegen uiten over de samenleving en de mentaliteit van hun eigen generatie. Ze klagen over ouders die hun kinderen kritiekloos verwennen, waardoor ze later geen kritiek meer kunnen accepteren, over de wreedheden aan beide kanten van de Syrische burgeroorlog, en over het uitblijven van de noodzakelijke Verelendung die nodig is om echt in opstand te komen tegen het burgerlijke gezag en de consumptiedwang.
De meeste van die gestileerde woede-uitbarstingen eindigen na een paar felle, stekelige openingszinnen in een waterig soepje. Natuurlijk, het is lastig om origineel voort te borduren op het eeuwige dilemma ‘hoe bewaar je je idealisme als het grote geld en volwassen verplichtingen je tot conformisme dwingt’, maar dit had wel wat meer confronterend mogen zijn.
Van de zes studenten weet Soumaya Ahouaoui zich het meest nadrukkelijk te profileren als actrice en aanjager van het stel, terwijl Max Himmelreich vooral als zanger op het podium heerst. De anderen maken een wat bedeesde indruk of vliegen juist ADHD-achtig over de top. De muzikanten zorgen gelukkig voor een comfortabel jaren zestig tapijt (Jimi Hendrix, The Doors) waardoor de spelers niet echt kunnen uitglijden.
Uit alle flarden en oprispingen van de spelers krijg je wel een aardig beeld van de verwarring en de twijfel in de zes hoofden, maar daarmee is helaas nog geen goede voorstelling gemaakt. De regisseur/samensteller had flink moeten snoeien in dit Ikea-filiaal dat specialiseert in open deuren. Aan de oprechtheid van de spelers hoeft niet getwijfeld te worden. De groepsuitvoering van Crosby’s Almost cut my hair aan het slot kwam echt uit hun tenen.