Telkens weer Ruud Bos


Geplaatst in Theaterreportages/interviews op . Gepubliceerd in: de Volkskrant

‘Hé Ivo, met Ruud Bos. Zeg, heb je nog een idee voor een musical? Nee? Nou, dan bel ik nog wel eens.’
Zo’n ultrakort en niet al te sociaal-gevoelig telefoongesprek pleegt componist Ruud Bos soms als de agenda voor het nieuwe seizoen nog akelig leeg is. Aangezien Bos met Ivo de Wijs tien jaar geleden een nieuwe versie van De Jantjes heeft gemaakt en ook wel eens een liedje voor Kinderen voor Kinderen, is de tekstdichter een werkgelegenheidsmogelijkheid die het proberen waard is.
De 71-jarige componist heeft muziek geschreven voor Jaap van de Merwe, Wim Sonneveld, Cabaret Lurelei en Toon Hermans. Hij schreef de muziek voor vele tv-series (De Fabriek), films (Rooie Sien) en musicals (De Stunt). In september gaat de musical De Fabeltjeskrant in première, waar Bos de muziek voor heeft gemaakt. Maar een gevulde agenda is nooit een vanzelfsprekendheid geweest. Er moet nog steeds gewerkt worden, want het pensioen van zeven jaar Rotterdams Conservatorium plus AOW is niet voldoende voor een rustige ouwe dag en royalties zijn in het beperkte Nederlandse taalgebied bescheiden. ‘Oh, had Barbra Streisand maar een vertaling van Telkens weer gezongen.’ Vanavond wordt Ruud Bos Bos geëerd tijdens het Amsterdams Kleinkunst Festival.
Bos heeft de muziekliefde meegekregen van zijn vader, die pianist, arrangeur en orkestleider was. Op zijn achtste schrijft Ruud zijn eerste liedjes. Zijn conservatoriumtijd duurt slechts kort, omdat daar zo neerbuigend over lichte muziek wordt gesproken. Na zijn diensttijd komt hij bij het cabaret van Jaap van de Merwe terecht, het begin van een lange loopbaan naast en achter de groten.
Zijn plezierigste tijd beleeft Bos met het gezelligheidsmens Wim Sonneveld. Hij verzorgt de muziek van zijn laatste shows en gaat met Sonneveld op tournee door het Verre Oosten. Bos probeert Sonneveld voorbij het ‘cabaretgedreutel’ te loodsen. Maar echt jazzy wil het helaas niet klinken, want Sonneveld heeft een traditionele timing en zijn stem begint rond 1970 behoorlijk af te takelen. ‘Daardoor werd hij onzeker en ging hij ook nog verkrampen.’ Bos levert de muziek voor hits als Lieveling en Carolien, terwijl hij soms de melodietjes afmaakt die Sonneveld voorfluit. Maar altijd krijgt hij de credits van de gulle Sonneveld, hetgeen niet gezegd kan worden van Toon Hermans. ‘De allerbeste conferencier, maar geen aardige man.’
‘Iedereen kent wel iets van zijn werk, al weet niet iedereen altijd dat Ruud Bos de maker is van die onsterfelijke composities.’ Dat is de enigszins tragische kernzin van het persbericht over de hommage aan Ruud Bos. Misschien is het niet zo raar dat vrijwel niemand beseft dat de muziek bij de attracties van De Efteling van hem is, of die liedjes van het televisieprogramma Ook dat nog. Maar het is wel bizar dat Telkens weer, het slotnummer uit de film Rooie Sien, dat de crew en een deel van de cast deed snotteren, op de radio steevast wordt afgekondigd als een nummer van Willeke Alberti, en niet van tekstdichter Friso Wiegersma en componist Bos. ‘We zijn niet zo’n muzisch volk. Daarom komt mijn naam ook nauwelijks voor in de geschiedschrijving van Lurelei. Dat is bij vlagen frustrerend, maar ik ga er niet onder gebukt.’

Hommage aan Ruud Bos, vanavond in De Meervaart Amsterdam, met onder meer Willeke Alberti, Ivo de Wijs, Marnix Kappers en Tony Neef.