Fijnzinnig ironische liedjes zonder verbittering


Geplaatst in Theaterrecensies op . Gepubliceerd in: de Volkskrant
jeroenvanmerwijk-foto-jaap-reedijk-6438

Foto Jaap Reedijk

Er zijn nog kaarten! door Jeroen van Merwijk, regie: Diederik van Vleuten, Cultuurcentrum Griffioen Amstelveen, 12 december. Tournee tot half april.

****

En toen was er nog maar één.
In 2008 werd De Bende van Vier samengesteld voor de eenmalige serie voorstellingen ‘Cabaret voor wie er niet van houdt!’ Kees Torn, Maarten van Roozendaal, Jeroen van Merwijk en Theo Nijland – allen in het bezit van een Annie M.G. Schmidtprijs voor het beste theaterlied – wilden hiermee het betere lied promoten. De top van het Nederlandstalige zanger/liedschrijvers-gilde. Wat een geweldig stel.
Kees Torn had kort na die serie geen zin meer in theater en houdt zich tegenwoordig liever bezig met kwantummechanica, een of andere Wreedaard heeft een einde aan het feest van Maarten van Roozendaal gemaakt, en nu heeft het publiek de stekker eruit getrokken bij Jeroen van Merwijk. De middelgrote zalen werden kleine zalen, en die moesten nóg kleinere worden, maar die bestaan niet. Dus is Er zijn nog kaarten! de laatste voorstelling van Van Merwijk, die zich verder gaat toeleggen op het schilderen en misschien nog wel eens zal opduiken in huiskamers.
En toen was er dus nog maar één: Theo Nijland.
In zijn slotakkoord laat Van Merwijk alles nog een keer voorbij komen waar hij zo verrekte goed in is: fijnzinnig ironische liedjes over mensen die hun leven verkwanselen met ’targets halen’, het aanprijzen van elitair gedrag, en met een grijns tegen de schenen schoppen van cultuurbarbaren op alle niveaus. Niet alleen de mannen die onderuit op de bank voor de televisie hangen met een biertje in de ene en hun geslacht in de andere hand zijn sukkels in de ogen van Van Merwijk, maar ook de politici, die de samenleving in de goede richting zouden moeten duwen, laten het afweten. Van Merwijk heeft onlangs zijn lidmaatschap van de Partij van de Arbeid opgezegd, omdat die partij al haar idealen heeft verkwanseld.
Van verbittering is bij Van Merwijk nochtans weinig te merken. Het is eerder vrolijke teleurstelling en opgewekt consequenties trekken. Er is voor Van Merwijk altijd nog het huis in Frankrijk en de rust van het atelier.
In een beklemmend lief lied over Maarten van Roozendaal brengt Van Merwijk een ode aan vriendschap van tegenpolen: onderkoeld tegenover vuur, bourgeoisie tegenover subcultuur, Don Quichot tegenover Don Juan. Beide karakters kwamen samen bij Lou Reed én bij de allerbeste kleinkunstliedjes. Ga naar Van Merwijk! Nu het nog kan. Er zijn ten slotte nog kaarten.